Henschotermeer toont hoe natuurbeleid sluipend verdwijnt



WOUDENBERG Wat wordt gepresenteerd als een technische herziening van het bestemmingsplan voor het Henschotermeer, blijkt bij nadere lezing een fundamentele koerswijziging. Onder het label ‘ondergeschikte wijzigingen’ ontstaat ruimte voor meer bebouwing, meer horeca, meer avondgebruik en meer verkeer. Niet door één grote beslissing, maar door een optelsom van kleine verschuivingen.

Papieren bescherming, feitelijke verruiming
Het hele gebied krijgt de aanduiding ‘natuur- en landschapswaarden’. Dat klinkt geruststellend. Tegelijk maakt het plan jaarronde horeca in de avond mogelijk. Juist na zonsondergang zijn veel diersoorten actief. Avondgebruik, verlichting en extra bezoekers staan haaks op de belofte dat natuurwaarden behouden of hersteld worden. Bescherming en intensivering worden hier samengebracht zonder heldere afweging.

Ook de bouwregels schuiven ongemerkt op. De maximale bouwhoogte wordt verhoogd zonder duidelijke onderbouwing. Daardoor kunnen zelfs tijdelijke bouwwerken, zoals mobiele horeca, twee verdiepingen hoog worden. Dat lijkt een detail, maar het verandert het karakter van het gebied wezenlijk: van dagrecreatie naar een permanent recreatiecomplex.

Vage regels, ruime interpretatie
De regels voor horeca zijn bewust vaag geformuleerd. Er wordt geen scherp onderscheid gemaakt tussen strandgebouw en restaurant. Daardoor kunnen meerdere horecagebouwen ’s avonds in gebruik zijn. Bezoekers mogen het terrein betreden om van en naar deze gebouwen te gaan. Formeel blijft het terrein gesloten, feitelijk verdwijnt de avondrust.

Ook terrassen krijgen meer ruimte. Ze mogen groter worden, verhard en verlicht. Daarmee ontstaat een permanent avondgebied. Lichtvervuiling laat zich niet wegregelen met verwijzingen naar mitigatie. Ecologisch gezien betekent dit onvermijdelijk verlies, niet behoud.

Intensivering onder de grond
Opvallend is wat ondergronds mogelijk wordt. Kelders mogen worden gebruikt voor hoofdactiviteiten, zoals indoor spelen. Dat genereert meer verkeer dan horeca, maar wordt nauwelijks meegenomen in de verkeersanalyse. Met een aparte toegang kan zo’n kelder zelfstandig functioneren, los van het gebouw erboven. Zo ontstaat intensiever gebruik buiten het zicht van de planregels.

Verkeer en parkeren: werkelijkheid genegeerd
Het verkeersonderzoek vormt een zwakke basis. Het rekent met aannames die geen recht doen aan de sterke groei van recreatief verkeer na corona. Terwijl de provincie Utrecht het kruispunt bij de N224 al als overbelast en onveilig heeft aangemerkt en ingrijpen noodzakelijk acht, concludeert het plan dat er nog restcapaciteit is. Dat staat haaks op dagelijkse files en vastgestelde veiligheidsproblemen. Ook parkeren wordt vooruitgeschoven. Het merendeel van de parkeerplaatsen ligt in natuurgebied van de Utrechtse Heuvelrug, in een andere gemeente. Toch gaat het plan ervan uit dat deze structureel beschikbaar blijven, ook voor avond- en evenementengebruik. De lasten worden zo afgewenteld op natuur en op de buren.

De optelsom telt
Het Henschotermeer laat zien hoe natuurbeleid tegenwoordig wordt uitgehold: niet met openlijke afbraak, maar via technische aanpassingen die samen een duidelijke richting hebben. Elke stap lijkt verdedigbaar. In samenhang betekenen ze meer recreatie, meer druk en minder natuur.

Wie natuur serieus wil beschermen, moet grenzen stellen en die handhaven. Dit bestemmingsplan doet het tegenovergestelde. Het opent deuren die later niet meer te sluiten zijn. Als deze aanpak normaal wordt, verliezen beschermde gebieden hun betekenis. Dan resteert beleid dat vooral groei faciliteert, terwijl rust, biodiversiteit en veiligheid structureel het onderspit delven. Dat is een keuze, geen natuurwet, en vraagt politieke verantwoording van bestuurders nu.